Mijn grootste fout in de opvoeding

Als ik terug kon in de tijd zou ik het anders doen

Ik heb mijn kinderen te jong een smartphone gegeven. Ook al beperk je de apps die ze hebben of de tijd die ze erop spenderen; je ziet kinderen veranderen van actief en sociaal naar totaal opgeslokt in een apparaat. Ze reageren niet (of chagrijnig) op vragen, halen hun ogen niet van het scherm en willen maar één ding: blijven kijken.

In steeds meer onderzoek komt naar voren wat de negatieve uitwerking is van smartphone-gebruik op kinderen. De wetenschappelijk bewezen problemen die kinderen tegenkomen door smartphone-gebruik zijn o.a.:

• Aandachtsproblemen: Studies in het tijdschrift Pediatrics tonen een verband aan tussen frequent smartphonegebruik en aandachtsproblemen bij kinderen. Ze verliezen snel hun concentratie en hebben moeite om langere tijd gefocust te blijven op een taak. Dit kan grote gevolgen hebben voor hun leerprestaties en hun vermogen om complexere problemen op te lossen.

• Slaapproblemen: Onderzoek in het Journal of Clinical Sleep Medicine toont aan dat blootstelling aan blauw licht van smartphones de melatonine-productie beïnvloedt, wat leidt tot slaapproblemen. Slechte slaap beïnvloedt niet alleen hun humeur en gedrag, maar ook hun gezondheid en hun vermogen om nieuwe dingen te leren. Een goed slaapritme is essentieel voor de ontwikkeling van hun brein.

• Verminderde sociale interactie: Studies in Developmental Psychology tonen aan dat overmatig gebruik van digitale apparaten leidt tot een afname van persoonlijke sociale interacties. Hierdoor leren kinderen niet goed hoe ze in real-life sociale situaties moeten omgaan, zoals conflicten oplossen, empathie tonen of gewoon een normaal gesprek voeren.

• Mentale gezondheid: Onderzoek in JAMA Pediatrics laat een verband zien tussen hogere niveaus van schermtijd en verhoogde symptomen van angst en depressie. Kinderen worden geconfronteerd met onrealistische beelden van anderen, wat kan leiden tot negatieve zelfbeelden, onzekerheid en een constant gevoel van niet goed genoeg zijn. De sociale druk die online platforms met zich meebrengen, heeft duidelijk een negatief effect op hun mentale welzijn.

• Verminderde fysieke activiteit: Studies in The Lancet Child & Adolescent Health tonen aan dat meer schermtijd vaak ten koste gaat van fysieke activiteit. Kinderen zitten urenlang stil met hun ogen op het scherm gericht, terwijl het juist zo belangrijk is dat ze bewegen, spelen en hun energie kwijt kunnen. Beweging draagt bij aan een gezonde ontwikkeling van hun lichaam en geest.

• Verslavingsrisico: Onderzoek naar gedragsverslaving wijst erop dat smartphones verslavend gedrag kunnen veroorzaken, met name problemen met impulsbeheer. De constante meldingen en notificaties zorgen voor een voortdurende behoefte om te kijken, te reageren en online te zijn. Dit kan leiden tot impulsiviteit en moeite met het stellen van grenzen, zowel online als offline.

• Cyberpesten: Bovendien toont onderzoek in JAMA Pediatrics aan dat kinderen via smartphones een verhoogd risico lopen op cyberpesten. De anonimiteit van het internet zorgt ervoor dat kinderen makkelijker kwetsende dingen zeggen of zelf het slachtoffer worden van pesten, zonder dat ouders daar iets van merken. De impact van cyberpesten kan groot zijn en langdurige schade aanrichten aan het zelfvertrouwen van een kind.

Wij hebben nu thuis duidelijke regels: doordeweeks geen telefoon of iPad. Na 17:00 mag je tv kijken, maar dat doe je met elkaar en alleen naar NPO Start. Dat betekent dus geen YouTube, Netflix, Disney of andere streamingdiensten.

Door duidelijke afspraken te maken en samen activiteiten te doen, merk ik dat de behoefte om naar een scherm te grijpen vermindert. Het helpt ook om meer momenten samen te creëren en écht contact te maken.

Als ik terug kon gaan in de tijd, zou ik het anders doen. Technologie is niet per se slecht, maar we moeten wel goed nadenken over de manier waarop we het inzetten in ons leven en in dat van onze kinderen.

Wat zijn de regels die jij thuis hebt omtrent technologie? Hoe zorg jij ervoor dat technologie een hulpmiddel blijft en niet een verstoring van het dagelijks leven?

Nog een duit van mij in het zakje: Big Tech is te machtig

Eén van de grootste zorgen rondom kunstmatige intelligentie is dat het grootste deel van de technologie wordt ontwikkeld door een handjevol machtige bedrijven in de Verenigde Staten. Zij bepalen de fundamentele uitgangspunten van hun modellen.

Hoe wordt bias geminimaliseerd? Wat is goed en wat is fout? Wat is toelaatbaar en wat niet? Deze vragen worden niet door Europese filosofen, ethici of beleidsmakers beantwoord, maar door Amerikaanse bedrijven met hun eigen agenda.

De Europese Unie heeft met de AI Act een ambitieuze stap gezet in het reguleren van kunstmatige intelligentie. De kritiek vanuit de industrie op deze wetgeving is niet mals: te streng, innovatie-verstorend en onrealistisch. Toch vind ik dat we verder moeten kijken dan deze klaagzang van grote techbedrijven.

Hoe dan? Ik schreef er dit betoog over.

Ohja, dan nog even dit:

Tot slot, namens mijzelf, mijn gezin en AI, wens ik je een fantastisch 2025!

👋 Dank voor je aandacht!

Robert Keus
Co-founder & Directeur Brthrs Agency
[email protected]
+316 46 32 57 72